Home » BLOGS » Geen wonder,

Geen wonder,

Geen wonder,
19 jaar en soms 9. Mijn Dochter. Ze lijkt op mij. 47 jaar en soms 7. Kan in één ademhaling gebeuren. Gelukkig zelden tegelijk. Met de tranen over haar wangen staat ze in de deuropening van de woonkamer. Ik lig op de bank en maak vast plek voor haar. De bank is mijn cockpit ’s avonds. Afstandsbediening, nagellak, koffiemok, vijl. Allemaal voor het grijpen naast mij.

“Mamma, mijn hoofd zit vol zorgen.” huilt ze terwijl ze zich tussen rugleuning en mijn lijf in nestelt. Ik sla mijn armen om mijn grote, kleine dochter heen. Laat eerst maar even gebeuren. Aaien, kusjes geven, vasthouden. Eerste hulp bij vloeibaar geworden kopzorgen.

Dan vertelt ze over haar angst om haar baan kwijt te raken. Ze werkt in de meubelzaak van haar oom. Bang dat de zaak straks omvalt. Of dicht gaat. Wij allemaal. Met een nul-urencontract is ze dan haar inkomen kwijt. “Net nu ik was gaan sparen voor mijn eigen huisje straks.” Ik zei het al eerder. Soms voel je je eigen pijn het hardst.

Ik help haar aan een positievere insteek. Haar vakantie in Mei gaat niet door. Het daarvoor gespaarde geld is een goede start voor het verhuisbudget. Zo had ze het nog niet bekeken. Ze kan er wel wat mee zie ik. En straks wordt het leven weer anders verzeker ik haar. Dan komt er een baan. Deze of een andere. Misschien niet je ideaal. Niet meteen. Eerst doen we wat nodig is. Er komen daarna nog hele mooie hoofdstukken in je verhaal. Beloofd.

Nog meer zorgen in haar hoofd. Met de anderhalve meter afstand regel, ook in de meubelzaak, blijven mensen uit haar buurt. “Ik voel me soms gewoon vies” bekend ze. “Alsof de mensen denken dat ik vies ben. Ik ben helemaal niet vies mamma!” Weer tranen.
Natuurlijk ben je niet vies! Niemand is vies. Of iedereen. Net hoe je dit virus wilt zien. De regering heeft deze regel ingesteld en dat is heel verstandig van ze. De mensen die afstand van je houden doen dat om je te beschermen. En zichzelf. We vinden elkaar niet vies. Dat doen we omdat we elkaar belangrijk vinden. Zelfs lief. 

Er zakt wat rust in dat negentienjarige lijf dat tegen me aanligt. Dan zomaar ineens. In één ademhaling. Verandert haar mindset. Persoonlijke zorgen en angst gaan aan de kant. Zachtjes hardop vraagt ze zich af;

“Mamma. Hoe zal Rutte zich wel niet voelen?” 

Ja, lieverd. Daar zeg je wat.. Wat heeft díe man een zware verantwoordelijkheid op zijn schouders gekregen. Laten we maar heel hard hopen dat hij ook iemand heeft. Waar hij s ’avonds even bij op adem kan komen. Iemand die hem vast houdt. Zegt dat het goed komt. Tranen droogt. Waar hij zichzelf kan zijn. Want soms zijn we allemaal volwassen. En van binnen toch ook heel klein.

Slaap lekker mam.

Slaap lekker lieverd.

“Hou van jou.”

Hallo Leven

Je hebt míj een bijzonder kind

Óns een bijzondere premier gegeven

Geen wonder

Dat ik je zo bijzonder vind.